Meesterschap en creativiteit


Geschreven voor en gepubliceerd door: Daltonvisie
Maart 2024

Een handjevol bonen, meer is er niet voor nodig. Een handjevol bonen, een plantenbak met aarde, wat water en geduld. De eerste groene sprietjes richten zich op uit donkere grond. De kinderen komen elke dag even bij het raam staan om de groei van hún bonenplantjes te volgen. Het is het startpunt waarvan de juf nog niet precies weet wat er gaat komen. Wat ze wel weet is dat het thema van de komende weken over planten gaat.

Samen met de kinderen gaat ze op avontuur. In een schrift worden tekeningen gemaakt van de verschillende groeistadia van de plantjes, de wortels en de vruchten. Hoe gaat dat met graan, met appels of met aardbeien? Jaap en de bonenstaak wordt voorgelezen, de weg van de akker naar het bord wordt in kaart gebracht en uitgetekend. Kinderen verzamelen de heerlijkste recepten voor het klassenreceptenboek. De juf luistert, kijkt en beweegt mee met het enthousiasme en nieuwsgierigheid van de kinderen maar kent de leerdoelen en verbindt vakgebieden en stuurt zo nu en dan een beetje bij. De bijvangst aan opgedane kennis en ervaringen is enorm!

Dit is een van de verhalen die ik heb verzameld tijdens mijn onderzoek naar wat ik ‘Onderwijskunst’ zou willen noemen. Als reactie het accent op rekenen, taal en lezen, de administratiedruk, de meetbaarheid en de overvloed aan (digitale) methodes groeit op steeds meer plekken de aandacht voor het meesterschap van de leraar. Of het nu onderwijskunst, teacher-artist of artist teacher wordt genoemd, in wezen gaat het om de herwaardering van de leraar als mens, als creatief wezen, als iemand die zijn vak verstaat en die vanuit een goede relatie met de kinderen eigen keuzes kan en wil maken. Dit meesterschap speelt zich af in de driehoek leerkracht-leerling-wereld (lesstof) en is te herkennen aan die gouden momenten in de klas. Het is de kunst van het onderwijzen zoals we ook geneeskunst en bouwkunst kennen. Het gaat over het meesterschap om als een muze de wereld in het klaslokaal op de tafel te vertonen. Het is de moed om de methode te verlaten en te vertrouwen op de eigen creativiteit en kennis. Het is het vermogen om kinderen te verwonderen en niet alleen te leren óver een bonenplant maar ook te leren ván een bonenplant: een bonenplant die het licht waarneemt, voedingstoffen opneemt, groeit en vruchten schenkt. En dat hoeft helemaal niet groots en meeslepend te zijn! Als je wel eens een verhaal hebt verteld of voorgelezen waarbij de kinderen ademloos hebben zitten te luisteren dan weet ik zeker dat je de kunst van het onderwijzen verstaat! Je hebt toen een wereld geschapen waarin de kinderen zich vol verbeeldingskracht en inlevingsvermogen voor heel even konden verliezen. Dat is een groot geschenk aan de kinderen. Maar ik hoor in de gesprekken ook dat het niet makkelijk is om ruimte te nemen. Want creativiteit en het meesterschap vraagt aandacht, tijd en moeite. De vele dagelijkse taken en alles wat nog meer van onze aandacht vraagt, leidt af van waar het werkelijk om gaat: het verzorgen van de mogelijkheid voor de kinderen om zich te verbinden met de wereld waarin ze zijn terecht gekomen. Het vraagt een vorm van ‘aanwezig zijn’ en ruimte om na te kunnen denken die door alle afleiding en drukte vaak moeilijk te realiseren is. Maar áls het lukt om op die gouden momenten vanuit creativiteit te werken dan zijn die glinsterende ogen, die dromerige blik, dat heerlijke gezoem van de kinderen ons grootste geschenk!