Procesgerichte didactiek
De procesgerichte didactiek is bedoeld voor lessituaties waarin de creativiteit van kinderen wordt aangewakkerd en ontwikkeld.
De kinderen leren eerst iets nieuws en verrijken hun blik op de wereld. Dat kan gaan om kennis maar ook om technische vaardigheden. Vaak is het een combinatie van beide.
Daarna gaan de kinderen met een betekenisvolle opdracht aan het werk om binnen een duidelijk speelveld de nieuwe kennis en vaardigheden op een creatieve manier te verwerken tot eigen kunstwerkjes.
Schematisch ziet dat er zo uit:

De procesgerichte didactiek maakt het mogelijk om zowel te werken aan nieuwe kennis en vaardigheden als aan expressie en creativiteit.
Bij kleuters is de vrije ruimte nog beperkt. De nadruk ligt op woordenschat (namen van de instrumenten), motorische ontwikkeling (gebruik van de instrumenten) en vormende aspecten als starten, stoppen, luisteren en wachten op de beurt. Liedjes en verhaaltjes met momenten waarop de kinderen op hun instrumentje mogen spelen geven duidelijke structuur. Binnen dit kader kunnen kinderen leren om bij te dragen aan het geheel.
In de midden- en bovenbouw van de basisschool wordt de vrije ruimte steeds een beetje groter. De kinderen krijgen steeds meer ruimte om een eigen, eenvoudige compositie te maken.
De betekenisvolle opdrachten die kenmerkend zijn voor de procesgerichte muziekles bestaan uit de volgende onderdelen:
- De opdracht begint met “Maak”, “Componeer” of “Creëer”.
- De muziek die gemaakt wordt heeft een betekenisvolle verbinding met iets uit de wereld. Het kan zijn dat een muziekstuk past bij een bepaalde gebeurtenis (feest, verjaardag, herdenking, sport) of de muziek verklankt een bepaald fenomeen uit de wereld (reis, jaargetijde, gesprek).
- In de opdracht staat welke nieuwe muzikale kennis of vaardigheden de kinderen moeten gebruiken om tot de composities te komen.
Uitgebreide informatie over de procesgerichte didactiek is te vinden in een publicatie van Karin Kotte i.s.m. Rijnbrink. Klik hier (.pdf).